Bekijk nu ons webinar over ES Small Cap en leer hoe je kunt beleggen in Amerikaanse Small Cap aandelen.
Geachte beleggers,
De maand september was wederom een zwakke voor de AEX, met – 5,83 %.
RVM Strategy was in september + 0,65 %, RVM Retirement – 4,02 %.
We kunnen constateren dat het strikt volgen van de regels van de systematiek zich weer heeft uitbetaald.
RVM Strategy zette een nieuwe all-time high.
Dat gebeurt nu feitelijk al sinds de start van begin 2019, het is mooi, maar het mag nooit als vanzelfsprekend gezien worden.
Iedere keer als positie wordt gekozen, is het de vraag of dit de goede zal blijken te zijn.
We hebben immers geen glazen bol, die heeft niemand.
We volgen alleen een goed getest algoritme, dat heel streng is.
Bij RVM Retirement zijn er wél lange termijn beleggingen in portefeuile die dus alleen gedijen bij positieve trends in de onderliggende waardes. Die hadden het in september lastig, met een vrijwel marktconforme daling.
Toch was hier ook goed nieuws.
De cash-opbrengst van de posities op basis van het algoritme in september was hoger bij RVM Retirement dan bij RVM Strategy.
We mogen bij RVM Retirement op dit moment iets meer risico nemen met neerwaarts gerichte momentumposities, nu de bearmarket voor aandelen aanhoudt, juist omdat er aandelen in portefeuille die als een hedge kunnen functioneren.
Door de cash-opbrengst kon de Retirementportefeuille het in september toch weer beter doen dan de AEX index en de S&P 500.
WAT ZIJN DE VOORUITZICHTEN?
Deze update wordt geschreven op 7 oktober, na een enorme 2-daagse rally op de markt, die alles meerdere procenten hoger heeft gezet, vervolgens twee consolidatiedagen, en vandaag een forse daling na slecht ontvangen banencijfers uit de VS.
Per saldo was het een wat hogere week, waar de Retirement-portefeuille van heeft kunnen profiteren.
En ook RVM Strategy staat weer hoger.
Maar het werd uiteindelijk een geknakte rally en daarmee ook een twijfel-week. We moeten in deze markt uiterst voorzichtig zijn. Eind september stond er een bepaald dreigend patroon in de leidende westerse beurzen, een patroon dat we zien voordat een markt een capitulatieverkoop krijgt.
Tegelijkertijd kijken wij ook naar bepaalde technische lange termijn signalen, en die zijn ronduit positief momenteel.
Beide zaken kunnen niet tegelijk waar zijn; in de komende periode zal blijken welk scenario we zullen gaan zien, dat van de capitulatieverkoop of dat van het perfecte koopsignaal op daling, of een combinatie van beide, want dat kan natuurlijk ook, het kan samen gaan.
VRAGEN VAN BELEGGERS
Beleggers kunnen in een slechte markt bedroefd naar hun rekeningen staren die in waarde blijven dalen. Sommigen bellen ongerust hun vermogensbeheerder.
“Wat bent u aan het doen? Mijn beleggingsrekening wordt steeds minder waard! U bent er toch voor om dat te voorkomen? U bent toch een professional?”
Iemand die voor de lange termijn belegt, en dit ook voor anderen doet, daarvan mag je inderdaad verwachten dat die weet wat hij of zij doet.
Maar natuurlijk betekent dat niet dat de portefeuille niet minder waard kan worden. Warren Buffett is nooit moe geworden om uit te leggen dat wie niet tegen een halvering kan van de waarde van de aandelenportefeuille, of erger nog, dat zo iemand niet moet gaan beleggen.
De eerste lessen in deze zin kreeg ik zelf (RvM) in de crash van 1987. Nog relatief onervaren sprak ik na die crash een oudere heer, die een grote aandelenportefeuille had. Ik vroeg hem of hij niet in paniek was geraakt door die enorme waardedalingen. Zijn vermogen dat belegd was op de beurs was op een geweldige manier geslonken in de crash.
De oudere heer gaf glimlachend een stoïcijns antwoord:
“Waar zou ik me druk over moeten maken? Ik heb toch nog steeds dezelfde hoeveelheid aandelen als vóór de crash?”
Later, toen ik het vak echt ging leren, begreep ik deze meneer beter, en het was duidelijk dat hij in verreweg de meeste gevallen gelijk had.
Maar wij betrekken alle bekende koersgeschiedenis bij ons onderzoek.
En in de 20e eeuw konden we vaststellen dat de crisis van 1929 tot 1932 op Wall Street de uitzondering op de regel was.
DE BEARMARKET VAN 1929 – 1932 HOORT DE LEERSCHOOL TE ZIJN
Het stoïcijnse antwoord dat de hoeveelheid aandelen nog steeds dezelfde was, was een fout antwoord geweest tussen 1929 en 1932 in de VS, en eigenlijk ook in de rest van de wereld, maar van de Dow jones zijn goede data beschikbaar.
Deze periode moet altijd object van studie zijn voor een ieder die een goede vermogensbeheerder wil worden.
Wat kun je leren van deze slechtste markt uit de geschiedenis?
Dat verzekeringen soms noodzakelijk zijn, ook al kosten die geld.
En verder dat er een draaiboek klaar moet liggen dat erin voorziet dat lang vóórdat het grote waardeverlies is opgetreden, de belegger uit de posities is.
De Dow Jones daalde destijds met een verbijsterend percentage, bijna werd de – 90 % aangetikt.
Dit is daarna nooit meer voorgekomen, maar dat doet er niet toe. Het kan opnieuw gebeuren, want het is eerder gebeurd, en dat is alles wat telt.
De belangrijkste kenmerken van deze specifieke markt moeten gekend zijn bij vermogensbeheerders.
Omdat we dus weten hoe erg het kan worden op de markt, moet het antwoord op ongeruste klanten er een van begrip zijn. En je moet altijd uitleg geven.
Dus aan de klant die klaagt over waardedalingen in een slechte markt wordt dan uitgelegd, dat de belangen inderdaad minder waard geworden zijn, en dat er voor gekozen is om (nog) niet te verzekeren of uit te stappen, omdat het handelsprotocol dat nog niet heeft voorgeschreven.
Het omgekeerde kan ook voorkomen. De ongeruste klant belt, omdat die op het nieuws heeft gezien dat de koersen heel hard stijgen, en bij het checken van de beheerde rekening moest constateren, dat die rekening een stukje naar beneden is in plaats van omhoog. En dat bij een stijging van meer dan 4 % voor de markt!
“Wat zie ik nu? De markt is vandaag met vele procenten gestegen, het was op het nieuws. Maar mijn rekening is juist met procenten naar beneden. Wat bent u aan het doen? Kunt u dit uitleggen?”
Zoals gezegd, bij RVM Retirement verzekeren we niet, maar dit is een waargebeurd voorbeeld uit een vermogensbeheerpraktijk.
De uitleg van de vermogensbeheerder was: de klant was tijdig beschermd voor een marktdaling nadat het protocol een verzekering voorschreef; de portefeuille bleef verder intact.
Vervolgens was er een langere marktdaling opgetreden van meerdere maanden, de verzekering werkte dus goed. De rekening daalde niet of nauwelijks in waarde, ook al werden de aandelenbelangen in portefeuille veel minder waard.
De klant merkte niets. Die daling trad immers niet op op de rekening. De klant was geen actieve beursvolger, dus die wist niet dat de beheerder het perfect had gemanaged.
Vervolgens werd de rekening iets minder waard na de grote stijging op de markt die het nieuws haalde, en die ertoe leidde dat de verzekering uitgestopt werd.
Op het moment van uitstoppen, een moment dus waarop de rekening vrijwel zeker minder waard wordt, merkte de klant dat op en belde ongerust op.
In het bovenstaande geval kon de klant gerustgesteld worden: dankzij de verzekering was er een outperformance van de markt ontstaan van + 15 %, inclusief het verlies van het uitstoppen van die verzekering.
Helaas kijken de meeste mensen alleen naar het rendement van het systeem dat ze volgen kijken. Hoe dat rendement tot stand komt interesseert een minderheid.
RISICOMANAGEMENT
Maar wij worden nooit moe om het te herhalen: rendement is ondergeschikt aan de manier waarop naar dat rendement wordt gestreefd.
Stel dat een rendement jaar in jaar uit goed is, maar het systeem daarachter is eigenlijk niet voldoende getest op alle mogelijke marktsituaties.
De klant van de vermogensbeheerder is ondertussen tevreden.
“Niet goed getest? We hebben dalingen en stijgingen op de markt gehad, en het rendement is steeds goed geweest.”
Dan komt bijvoorbeeld de Corona-crash van 2020, of de crash van 2008. De klant die zo tevreden was over rendementen die jarenlang goed waren, krijgt een geweldig verlies voor de kiezen dat feitelijk de rekening opblaast. De beheerder kan alleen maar stamelen, dat een dergelijke crash niet vooruit te zien was. En dat er margincalls waren gekomen, er was simpelweg niets meer tegen de ellende te doen.
Een bekende Engelse zin uit het vermogensbeheer beschrijft treffend wat er fout kan zitten onder de motorkap, terwijl de klant denkt dat alles goed is, omdat de rendementen zo mooi zijn:
“When the tide turns, you can see who has been swimming naked”.
Kortom, het advies aan beleggers is altijd: probeer onder de motorkap te kijken bij uw vermogensbeheerder. En probeer de basisprincipes van risicomanagement te begrijpen. U als belegger kunt altijd aan de vermogensbeheerder vragen: hoe gaat u om met marktrisico? Verzekert u wel eens? Zo ja, hoe? Zo nee, waarom niet?
Omgaan met geld, en beheren van gelden, dat zou eigenlijk al op middelbare scholen onderwezen moeten worden.
Het is geen droge materie, ook al wordt bijvoorbeeld bij RVM Strategy en Retirement een algoritme gebruikt, en dat heeft een wiskundige achtergrond.
Maar wiskunde is verre van saai.
Waarvan akte!
Met vriendelijke groet,
Ruud van Megen.